De burgemeester van Utrecht heeft het gehad met de jonge asielzoekers uit Syrië die in haar stad voor overlast zorgen. Ze riep het intussen gevallen kabinet op de steden en gemeenten met deze problematiek te helpen. Haar oproep klinkt als een noodkreet.
Utrecht is de vierde grootste stad in Nederland met zo’n 375.000 inwoners. Van de 2.800 asielzoekers die in Utrecht wonen of in een asielzoekerscentrum (AZC) verblijven, is zo’n 40 procent afkomstig uit Syrië, omgerekend zo’n 1.100 mensen. Daarvan zijn er 170 die jonger zijn dan 15 jaar. De grootste groep – 68 procent – situeert zich tussen de leeftijd van 17 en 45 jaar. In totaal zijn er sinds 2014 zo’n 160.000 Syriërs naar Nederland gevlucht.
Nu smeekt de Utrechtse burgemeester Sharon Dijksma om hulp: “Deze jongeren hier veroorzaken veel problemen en gaan voorlopig niet weg. En wij zeggen: het kabinet moet niet de burgemeesters van dit land opzadelen met de gevolgen ervan.” Dijksma is burgemeester van de PVDA, de socialistische partij. Overigens de partij die in het verleden altijd pleitte voor een opengrenzenpolitiek en aan de basis ligt van de ongebreidelde migratie in het verleden. En nog een opvallend feit: de burgemeester spreekt niet enkel in naam van Utrecht. Andere steden zoals Groningen, Arnhem, Nijmegen en Tilburg kampen met vergelijkbare problemen.
Veelplegers
In Utrecht concentreren de problemen zich op en rond het plein aan het Centraal Station. De jongeren die altijd opnieuw in beeld komen, zijn jonge alleenstaande Syrische asielzoekers. Maar opmerkelijk: een meerderheid van de jongeren komt (met de trein) afgezakt vanuit andere gemeenten van Nederland naar Utrecht. Die jongens hebben weliswaar ergens in het land wel een plek in een opvangcentrum, maar in de AZC’s is weinig te doen en slaat de verveling snel toe. Ze gaan niet naar school en ook inburgeringscursussen zijn aan hen niet besteed. Dan is het leuker om met vrienden af te spreken en naar Utrecht af te zakken.
Het begint met wat ‘chillen’ en een jointje roken. Maar daar blijft het niet bij: wekelijks geraakt een aanzienlijke groep betrokken bij diefstallen, (drugs)overlast, vandalisme, intimidatie (van meisjes) en georganiseerde vechtpartijen. De politie van Utrecht heeft zo 169 Syrische jongens in het vizier als veelplegers. De Utrechtse burgemeester riep het intussen gevallen kabinet op tot een vergaande landelijke samenwerking, want de gemeenten alleen kunnen deze problemen niet oplossen. Dat een socialistische burgemeester zo’n uitspraken doet, is best opmerkelijk.
Los daarvan is er nog een ander probleem: sinds vorig jaar december worden asielaanvragen van Syriërs niet meer behandeld, totdat duidelijk is of ze terug kunnen naar Syrië. Het Nederlands kabinet had een rapport opgesteld dat onderzocht heeft of Syrië een veilig land is geworden na de val van Bashar al-Assad. Normaliter werd dat rapport deze of volgende week openbaar gemaakt en dan zouden tienduizenden Syriërs in Nederland te weten zijn gekomen of ze kunnen blijven of moeten vertrekken.
Meer over asiel en migratie








Jonge asielzoekers zorgen voor overlast in Utrecht (sic). Geen scoop. In België bekend en gedoogd sinds de jaren 1970.
Die ingevoerde barbaren verschieten zich een bult van onze weerloosheid en impotentie. Steeds gaan ze een stapje verder met geweld, agressie, plundering, vernieling en verkrachting omdat ze merken dat er geen weerwerk komt van onze ontaarde, slappe overheden.
Criminaliteit in samenhang met quasi straffeloosheid zijn een lucratieve business voor de advocatuur en andere hieraan gekoppelde beroepen.