Een jaar geleden introduceerde de Europese Unie een nieuwe regel die veel ergernis opwekte: dopjes moeten vastzitten aan plastic flessen. De maatregel was bedoeld om zwerfafval te verminderen, maar de eerste resultaten stellen teleur. “Veel van de dopjes die anders los op het strand terecht zouden komen, zitten nu dus mee op de zeebodem,” blijkt uit een analyse van de praktijk.
De Single Use Plastics-richtlijn dwong fabrikanten om dopjes permanent te bevestigen aan hun flessen. Hoewel de bedoeling lovenswaardig was – minder zwerfafval in de natuur – lijkt het resultaat anders uit te pakken. Aan de kust daalt weliswaar het aantal losse dopjes bij opruimacties, maar dat betekent niet dat ze uit het milieu verdwenen zijn.
Onverwacht neveneffect op de zeebodem
Het probleem schuilt in de materiaalverschillen tussen dopjes en flessen. Omdat beide van verschillende kunststoffen gemaakt zijn, hebben ze verschillende eigenschappen in water. Waar een los dopje op het wateroppervlak blijft drijven en vroeger op het strand spoelde, zinkt het nu samen met de fles naar de bodem. Het gevolg: dopjes verdwijnen niet uit het milieu, maar verhuizen naar een plaats waar ze nog moeilijker op te ruimen zijn.