Meer Syriërs krijgen vluchtelingenstatus, ten koste van subsidiaire bescherming

Vorig jaar werden meer Syriërs in België als vluchteling erkend, ten koste van het aantal Syriërs dat het statuut van subsidiaire bescherming krijgt. De laatste jaren daalt het aantal Syriërs dat subsidiaire bescherming krijgt in verhouding met diegenen die het vluchtelingenstatuut toegewezen krijgen.

In 2016, in nasleep van de grote migratiecrisis, werden 5.436 Syriërs als vluchteling erkend. 1.615 kregen toen het statuut van subsidiaire bescherming. In 2017 waren er dit respectievelijk 3.346 en 750. In 2018 waren er dit 2.433 en 467. In 2019 1.348 en 293 en in 2020 1.331 en 168.

Dit jaar zat het aantal beslissingen opnieuw in de lift: 2.271 Syriërs werden erkend als vluchteling en 153 kregen de subsidiaire beschermingsstatus.

“Een verkeerde tendens”, reageert N-VA-Kamerlid Tomas Roggeman, die tevens met beschuldigende vinger naar staatssecretaris voor Asiel en Migratie Sammy Mahdi (CD&V) wijst. “De instroom van Syriërs ligt lager dan enkele jaren geleden en toch hebben meer mensen de vluchtelingenstatus verkregen.”

Op het hoogtepunt van de migratiecrisis, in 2015, dienden bijna 45.000 mensen een aanvraag tot internationale bescherming in. waar dit in 2021 gedaald was tot iets meer dan 25.000. Roggeman wijst ook op het feit dat de totale beschermingsgraad van Syriërs sinds het aantreden van de nieuwe regering is gestegen.

Roggeman: “Maak subsidiaire bescherming de norm”

Roggeman wil dat het systeem van subsidiaire bescherming de norm wordt, in plaats van het vluchtelingenstatuut. In het systeem van subsidiaire bescherming is de verkregen status in het begin minder verregaand. “Het feit dat dit systeem van subsidiaire bescherming minder vaak wordt toegepast ten voordele van het systeem van vluchtelingenstatus, is een verkeerde trend”, zegt Roggeman.

“De status van vluchteling geeft het beleid een minder grote beweegruimte wanneer de situatie voor de persoon in kwestie verandert”, aldus de N-VA’er. “Met subsidiaire bescherming helpen we mensen ook maar met minder verplichtingen, zoals voor de bijstandstelsels.”

Het CGVS en het kabinet van staatssecretaris Mahdi werden gecontacteerd voor een reactie.