Tot vervelens toe maken analisten de vergelijking tussen de begrotingssanering die de regering-De Wever moet doorvoeren en het budgettaire beleid van de regering-Dehaene in de vroege jaren negentig. De huidige hoogspanning in de Arizona-coalitie zou gelijklopen met die in 1993 toen de regering-Dehaene bijna viel. Er zijn inderdaad gelijkenissen, maar eigenlijk veel meer verschillen die de vergelijking onhoudbaar maken, analyseert ‘t Pallieterke deze week.
Eerste minister Bart De Wever heeft tijd gekocht tot 6 november om een akkoord te bereiken over een meerjarenbegroting met 10 miljard euro aan saneringen. De Franstalige liberalen van de MR willen geen indexsprong of hogere btw, Vooruit eist een vermogensbelasting. Als er geen witte rook is, steekt De Wever het Warandepark over om wellicht het ontslag van de regering bij koning Filip aan te bieden. “De truc met de koning wordt geregeld bovengehaald”, zoals Wetstraatjournalist Johny Vansevenant het in zijn memoires omschrijft. Die tactiek werkte voor Dehaene in 1993, toen hij ruimte kreeg voor overleg achter de schermen en uiteindelijk een akkoord bereikte met crisisbelasting, besparingen en ingrepen in de sociale zekerheid.
Vredesdividend en lage belastingdruk zijn verleden tijd
Maar de mogelijkheden om de begroting te saneren waren dertig jaar geleden veel groter. Het vredesdividend van na de Koude Oorlog was een cadeau voor Dehaene: besparen op defensie leverde snel geld op. Ook was er toen nog een Belgische frank, waardoor een politieke patstelling tot speculatie kon leiden – een extra drukmiddel. Vandaag is er de veilige koepel van de eurozone. De crisisbelasting van 3 procent kwam in 1993 minder hard aan dan een btw-verhoging vandaag omdat de fiscale druk toen nog niet zo hoog lag. De deur naar hogere of meer belastingen is nu eigenlijk dicht. Bovendien zaten we in de jaren negentig in een situatie van dalende rentevoeten, waardoor de interestlasten op de schuld vanzelf daalden. Nu gebeurt het omgekeerde.
Ook politiek is de situatie grondig veranderd. “De PS was destijds nog oppermachtig” bezuiden de taalgrens en kon door de zure appel heen bijten. De MR daarentegen doet het in de peilingen een stuk slechter. “Bouchez is van oordeel dat hij niet te veel meer mag toegeven” op zijn programma, anders speelt zijn partij straks opnieuw de tweede viool na de PS. Over de huidige regering hangt bovendien de schaduw van Alexander De Croo, de vorige eerste minister die de speelbal was van de partijvoorzitters. Het is de inschattingsfout van Bouchez: Bart De Wever is geen eerste minister als De Croo. Hij is niet getrouwd met de Wetstraat 16 en behoudt graag zelf de controle en de regie.








