De strafprocedure die de Europese Commissie wil opstarten tegen België, zal de vorming van een nieuwe federale regering niet versnellen, wel integendeel. Dat zegt Herman Matthijs, econoom en hoogleraar openbare financiën aan de UGent en de VUB.
De Europese Commissie heeft woensdag aangekondigd dat ze een strafprocedure wil opstarten tegen zeven landen. Het gaat om vijf landen uit de eurozone, zijnde België, Frankrijk, Italië, Malta en Slovakije, en Hongarije en Polen.
België komt op het Europese strafbankje terecht omdat het zijn begrotingstekort vorig jaar heeft laten oplopen tot 4,4 procent van het bruto binnenlands product (bbp). Volgens de nieuwe Europese begrotingsregels mag dat slechts 3 procent zijn. België overtreedt ook de Europese schuldregels: de schuldgraad bedraagt 105,2 procent van het bbp, terwijl de Europese bovengrens op 60 procent ligt.
Geen snellere regeringsvorming
Volgens professor Herman Matthijs (VUB) is de strafprocedure een stok achter de deur voor federaal informateur Bart De Wever (N-VA). “Maar ze zal niet bijdragen tot een snellere regeringsvorming, wel integendeel”, oordeelt hij. “Ik verwacht een eindeloze discussie over de vraag waar precies bespaard zal moeten worden.”
Een andere vraag is of België ook daadwerkelijk op het Europese strafbankje zal belanden. De Raad van de Europese Unie, waarin de vakministers van de 27 lidstaten zetelen, moet het voorstel van de Commissie volgende maand eerst nog goedkeuren. Dat ook Frankrijk en Italië op het strafbankje dreigen te belanden, zou volgens Matthijs wel eens de redding van België kunnen betekenen.
“Het politieke gewicht van Frankrijk en Italië in de Raad is veel groter dan dat van België. Als de Raad niet instemt met een strafprocedure tegen Frankrijk en Italië, zal ook België de dans ontspringen”, legt Matthijs uit. “Bovendien kan België steeds het argument aanhalen dat zijn regering in lopende zaken is. Ook in Frankrijk zullen op dat moment net parlementsverkiezingen hebben plaatsgevonden.”
Een ander argument in het voordeel van de budgettaire boosdoeners, is dat de huidige Europese Commissie ontslagnemend is. “Je kan je afvragen waarom de Europese Commissie tot na de Europese verkiezingen gewacht heeft om de strafprocedures aan te kondigen”, besluit Matthijs. “Mogelijk zullen de lidstaten willen wachten tot de nieuwe Commissie is aangetreden.”