Tijdens een persmoment in het nieuwe registratiecentrum voor Oekraïense vluchtelingen op de Heizelsite in Brussel, gaf staatssecretaris voor Asiel en Migratie Sammy Mahdi (CD&V) aan tevreden te zijn met de enorme golf van solidariteit. Wel moet er nog veel gebeuren en staat de professionele hulp nog niet op punt: “Beetje bij beetje bouwen we bij, elke dag. Tijd om deze crisis eerst te overschouwen is er niet”, reageert hij.
In het nieuwe registratiecentrum, dat het tijdelijke “light-registratiecentrum” in het voormalige Jules Bordetziekenhuis vervangt, werken 230 medewerkers om de Oekraïense oorlogsvluchtelingen op te vangen. Een veertigtal loketten moet de mensen zo snel mogelijk verder helpen. Ook in dit registratiecentrum is het overduidelijk: het gaat vooral over gezinnen, waar de vader meestal van ontbreekt. Hij is achtergebleven in Oekraïne om zijn land te verdedigen.
Twee derde heeft eigen opvang
Via een systeem met polsbandjes delen de medewerkers alle vluchtelingen op in groepen. Rood betekent dat het om kwetsbare personen gaat: kinderen zonder begeleiding, andersvaliden… Zij krijgen voorrang en worden als eerste geholpen. Een groen bandje betekent dat die persoon op zoek is naar een opvangplaats. Mensen die via vrienden of familie al een verblijf hebben kunnen regelen, krijgen geen bandje en kunnen na registratie onmiddellijk vertrekken uit het centrum. “Momenteel is ongeveer een derde van de mensen die hier aankomt op zoek naar een verblijfplaats”, aldus een medewerker van Fedasil. “Al vermoeden we dat dat percentage de komende dagen en weken nog zal stijgen.” De meeste Oekraïners die nu in Europa aankomen, lijken terecht te kunnen bij vrienden en familie.
De registratie verloopt vlot, en de vluchtelingen worden relatief snel geholpen. Al heerst er buiten het registratiecentrum nog enige chaos: mensen wachten er urenlang, terwijl er nog geen voorzieningen in de wachtrijen waren. “Het is de eerste dag dat dit centrum open is, dus het is normaal dat nog niet alles perfect verloopt”, vindt staatssecretaris Mahdi. “Op dit eigenste moment zijn we extra mobiele toiletten aan het plaatsen, ook in de wachtrijen buiten.” Hij is buitengewoon trots op de inzet van de verschillende diensten, die het mogelijk maakten op korte tijd een groot registratiecentrum te openen.
(Lees verder onder foto.)

Weinig niet-Oekraïners
Bij aankomst in het centrum worden de paspoorten van de vluchtelingen onmiddellijk geregistreerd. Waar er in Frankrijk een derde van de vermeende vluchtelingen niet uit Oekraïne zou komen, is dat in België niet het geval. “De eerste dagen probeerden verschillende illegale migranten zich te laten registreren in het Jules Bordetziekenhuis, maar met een simpele paspoortcontrole vielen zij er tussenuit”, vertelde een medewerker van Mahdi. “Oekraïense vluchtelingen die hun identiteit niet kunnen bewijzen moeten eerst via het consulaat passeren.” De vingerafdrukken van alle volwassen vluchtelingen worden ook geregistreerd en gecontroleerd bij aankomst. Geseinde criminelen kunnen er op die manier gemakkelijk tussenuit gehaald worden.
In het voormalige Jules Bordetziekenhuis werden in totaal 6.048 vluchtelingen geregistreerd, vertelde Mahdi op de persconferentie. Gemiddeld ongeveer 600 mensen per dag, maar op de piekdagen ging het om meer dan 800 personen. Ondanks die grote drukte wisten de diensten iedere dag alle vluchtelingen verder te helpen: “De snelheid waarmee mensen uit Oekraïne vluchten is ongezien. Maar de snelheid waarmee de diensten dit nieuwe centrum hebben helpen uitbouwen is dat ook”, aldus Mahdi. Met dit centrum wil Mahdi de Oekraïners vooral snel duidelijkheid bieden. “Ze hebben in hun land al genoeg afgezien.”
Mahdi is tevreden met de samenwerking tussen de verschillende bestuursniveaus in ons land: “Ieder niveau is solidair. Europa zorgt voor het tijdelijke automatische statuut voor Oekraïners. Federaal organiseren wij de registratie en tijdelijke noodopvang voor deze mensen. De regio’s, steden en gemeenten zorgen er dan weer voor dat deze oorlogsvluchtelingen goed terecht komen en kwalitatieve zorg krijgen. Het stopt niet bij huisvesting: het gaat ook over sociale steun, onderwijs, hobby’s voor kinderen en dergelijke.”
(Lees verder onder foto.)

Bijkomende inspanningen nodig
Om de Oekraïners in België zo goed mogelijk te steunen, komen er nog bijkomende maatregelen bij. Zo zullen de oorlogsvluchtelingen versneld op de arbeidsmarkt terecht kunnen, en zullen kinderen zo snel mogelijk van onderwijs kunnen genieten, verklaarde Europees Commissaris Margaritis Schinas. Hij was trots op Europa, dat een golf van solidariteit toonde. Met de Belgen op kop: “Jullie hebben zelfs Oekraïense leeuwen opgevangen”, lachte hij.
Minister van Binnenlandse Zaken Annelies Verlinden loofde het werk van haar partijgenoot. “Onder het aansturen van collega Mahdi werkten alle diensten samen om op enkele dagen tijd een groot registratiecentrum te bouwen.” De werking van het centrum mag dan al vlot verlopen, perfect is het nog niet. Al is dat misschien logisch op deze eerste dag. “We moeten elke dag extra inspanningen leveren”, aldus de CD&V-minister. “Maar we zijn er klaar voor.”
Lokale besturen vragen duidelijkheid
Het meest kwetsbare punt van de hele aanpak is de zoektocht naar permanente opvangplaatsen. Een team van 30 à 40 medewerkers is continu bezig met rondbellen. De ene helft is op zoek naar extra opvangplaatsen, terwijl de andere helft de opvangplaatsen die al gevonden zijn toewijst aan groepen Oekraïners. “Via de lokale besturen zijn er al 31.000 opvangplaatsen gevonden”, verklaarde Mahdi. Maar de nood aan collectieve opvangplaatsen blijft bestaan: “De luxe om te kiezen is er niet. Er worden in elke provincie nooddorpen gebouwd: de gouverneurs zullen hierin een grote rol moeten spelen.” Naar schatting moet ons land immers zo’n 200.000 vluchtelingen opvangen: 120.000 in Vlaanderen en 80.000 in Wallonië en Brussel. De Vlaamse regering gaf vandaag reeds aan tegen het einde van de week 6.000 extra plaatsen te voorzien.
Via nieuwe initiatieven wil Verlinden duidelijkheid bieden aan de Oekraïense vluchtelingen. Maar ook lokale besturen en particulieren kunnen terecht op de nieuwe website: info-ukraine.be. Daarnaast richtte de minister van Binnenlandse Zaken een nieuw callcenter op, voor mensen die vragen hebben over de opvang van de Oekraïners. “De hele EU, maar ook zeker ons land, heeft haar hart getoond de afgelopen dagen.”
Wie gaat dat allemaal betalen bij een kapseizende begroting want “koken kost geld” ?