Een ontluisterende reeks getuigenissen in het consumentenprogramma ‘WinWin’ (Radio2) heeft opnieuw de problemen rond online fraude blootgelegd. Veel slachtoffers, vaak oudere mensen met weinig ervaring met technologie, voelen zich ontredderd, niet gehoord en vooral niet geholpen.
Het troosteloze aan de situatie is dat zelfs de politie toegeeft quasi machteloos te staan tegenover de toenemende cybercriminaliteit. Geldstromen die zich te snel bewegen, daders die zich in het buitenland bevinden en de moeizame samenwerking tussen landen zorgen ervoor dat cybercriminelen blijvend hun gang kunnen gaan en de slachtoffers vrijwel altijd met lege handen achterblijven.
Gigantische bedragen
Met online fraude, zoals phishing en beleggingsfraude, zijn vaak enorme bedragen gemoeid. Zo waren er getuigenissen van slachtoffers die 140.000 euro, 150.000 euro of zelfs 400.000 euro hadden verloren aan online oplichters. Juist omdat het vaak om enorme bedragen gaat en oplichting sowieso een gevoelig onderwerp is, blijven veel slachtoffers zitten met schuld- en schaamtegevoelens. Het gevolg is dat veel gevallen niet worden gemeld of blijven verergeren tot het slachtoffer uiteindelijk volledig failliet is.
Slachtoffers moeten zich wenden tot het Centrum voor Algemeen Welzijn (CAW), maar de beschikbare dienstverlening lijkt voorlopig vaak te wensen over te laten.”Deze slachtoffers vinden de weg nog niet genoeg naar ons én wij moeten nog beter uitreiken naar hen.” aldus Bart Claes, directeur van het CAW.
Straffeloosheid
Een terugkerend thema is de rol van banken en politie. Veel getroffenen spreken hun ongeloof uit over het feit dat hun bank niet eerder heeft ingegrepen, of hen achteraf niet adequaat heeft geholpen. Dezelfde kritiek is te horen op de politie, waardoor slachtoffers het gevoel hebben nergens terecht te kunnen. Philippe Van Linthout, voorzitter van de Vereniging van Onderzoeksrechters, bevestigde de machteloosheid van de politie tegenover de VRT: “beleggingsfraudedossiers zijn niet populair. We nemen ze wel serieus maar vaak kunnen we niets doen”.
Deze fatalistische houding van het Openbaar Ministerie wekt echter weinig vertrouwen. Immers, als de politie al geen grip heeft op de situatie, en dit openlijk toegeeft, hoe kunnen slachtoffers dan rekenen op beterschap?
Ook het Centrum voor Algemeen Welzijn (CAW) erkent de problemen en benadrukt dat er inderdaad betere begeleiding moet komen. Zo wordt er nagedacht over een nieuw, centraal meldpunt dat zichtbaarder en efficiënter moet zijn dan de huidige opties. Het lijkt er dus op dat het nog wel even dweilen met de kraan open zal blijven in de strijd tegen cybercriminaliteit. Al lijkt er vooralsnog niet al te veel gedweild te worden.