Het parket van Halle-Vilvoorde heeft maandag een gevangenisstraf van veertig maanden gevorderd tegen een Albanese twintiger. De man was opgepakt bij een politie-inval in een cannabisplantage. Volgens zijn advocaat had hij met de opbouw en de opbrengsten van de plantage niets te maken. Hij moest enkel voor de plantjes zorgen.
Het was een buurtbewoner die in november 2020 de lokale politie van de zone AMOW (Asse, Merchtem, Opwijk en Wemmel) verwittigde. Dat gebeurde nadat hij een cannabisgeur waarnam aan een pand in Asse.
Toen de politie poolshoogte kwam nemen, zagen de agenten door een raam op de eerste verdieping cannabisplanten staan. De toegangsdeur tot het betrokken appartement bleek echter gepantserd. Daarom raakten de agenten niet binnen. De politie sloeg daarop een raam in en kon zo de toegangsdeur openen.
De politie trof er een Albanese twintiger aan en een plantage van 113 cannabisplanten, verdeeld over 4 kamers. Verspreid over de flat waren ook verschillende vingerafdrukken en DNA-sporen van de twintiger te vinden.
“Mijn cliënt stond enkel in voor de verzorging van de planten, als een soort tuinier”
Het parket eiste maandag 40 maanden cel tegen de jongeman. Diens advocaat vond dat overdreven en pleitte voor een straf die lager zou zijn dan 3 jaar. De argumentatie die de raadsman bovenhaalde was origineel.
“Mijn cliënt stond enkel in voor de verzorging van de planten, als een soort tuinier”, klonk het. “Hij was naar België gekomen om in de bouwsector te werken, maar was zijn job kwijt door de coronapandemie. Er is hem dan eerst gevraagd om 18.000 euro naar Nederland te transporteren, maar hij werd betrapt en het geld werd in beslag genomen. Zijn opdrachtgevers waren daar boos over en hebben hem daarom gedwongen in de plantage te werken.”
Uitspraak volgt op 30 juli.