Woensdag ligt het nieuwe wetsontwerp over de gemeentelijke bestuurlijke handhaving ter stemming voor in de commissie Binnenlandse Zaken. De Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG) had al kritiek op het wetsontwerp en morgen zal N-VA tijdens een tweede lezing enkele “probleempunten” uit de wet proberen halen.
Het nieuwe wetsontwerp moet burgemeesters een kader bieden om effectiever op te treden tegen georganiseerde criminaliteit, onder andere via het intrekken van uitbatingsvergunningen of het instellen van onderzoeken. Of dat was toch de bedoeling.
Niet alleen N-VA-Kamerlid en burgemeester Christoph D’Haese vindt dat het ontwerp getuigt van een gebrek aan vertrouwen in de lokale besturen, maar ook Gents Open Vld-burgemeester Mathias De Clercq ziet weinig garanties. Een gemeenschappelijke verklaring van de VVSG stelde dat het nieuwe wetsontwerp lokale besturen net zou verhinderen om snel te handelen. Voorzitter en cd&v-burgemeester Wim Dries noemde het “een deux-chevaux in plaats van de beloofde Mercedes”.
Tweede lezing
Een tweede lezing woensdag moet soelaas bieden. N-VA gaat daar proberen enkele wijzigingen door te voeren: risicoanalyses moet van de partij niet door het federale niveau, maar door het gemeentelijk korps georganiseerd worden.
In het originele ontwerp moeten lokale besturen ook eerst een federaal niet-bindend advies aanvragen vooraleer ze over kunnen gaan tot een sluiting, weigering of opschorting van een vergunning voor een problematische (horeca)zaak. “Het kan niet zijn dat lokale besturen afhankelijk zouden worden van een niet-bindend advies dat weken, zoniet maanden op zich zal laten wachten”, reageert Kamerlid Yngvild Ingels.
Ten slotte wil N-VA de beslissingsbevoegdheid niet bij het voltallige college, maar enkel bij de burgemeester leggen. “Dit is vanuit het oogpunt van bestuurlijke politie niet logisch”, klinkt het. De lokale politie valt immers automatisch onder de burgemeester.
Lees ook:






