Wie aan carnaval denkt, denkt waarschijnlijk meteen aan confetti en strooigoed. Maar als het van de Vlaamse afvalstoffenmaatschappij OVAM afhangt, komt daar binnenkort een einde aan. Door middel van een – voorlopig althans – vrijwillig charter wil OVAM confetti en serpentines verbieden, en strooigoed sterk reguleren. Bevoegd minister Jo Brouns (cd&v) benadrukt dat de deelname aan het charter voor lokale besturen en verenigingen volledig vrijwillig blijft.
Het ‘charter strooigoed’ van OVAM was dinsdagmiddag het voorwerp van een debat in de commissie Leefmilieu van het Vlaams Parlement. Het was Vlaams Parlementslid Sanne Van Looy (N-VA) die bevoegd minister Jo Brouns (cd&v) erover aan de tand voelde.
Het charter heeft tot doel om de hoeveelheid afval die tijdens carnavalstoeten en andere evenementen wordt uitgestrooid, te verminderen. Volgens OVAM is het opruimen daarvan arbeidsintensief en kost het afvoeren en verbranden veel geld, terwijl het strooigoed bovendien rioolputjes en bermen vervuilt.
Het charter verbiedt confetti en serpentines volledig en vraagt om de hoeveelheid en het soort strooigoed per wagen te melden aan de gemeente. Lokale besturen moeten waar mogelijk rioolputten en boomroosters afdekken. Organisaties met praalwagens moeten dan weer voorzien in infrastructuur voor selectieve inzameling onderweg. De toepassing wordt geëvalueerd aan de hand van metingen, foto’s en cijfers.
Betutteling van folklore
Vlaams Parlementslid Sanne Van Looy (N-VA) noemde het charter een vorm van overdreven regulering. “Tradities en knappe lokale initiatieven, vaak gedragen door vrijwilligers, moeten we op handen dragen, niet gaan platreguleren”, stelt ze. Van Looy vreest dat het charter het bruisende karakter van de Vlaamse folklore ondermijnt in plaats van te stimuleren.
Van Looy stoort zich ook aan de gedetailleerde voorschriften en de administratieve last. “Ik denk niet dat de overheid in detail moet gaan bepalen wat er in zo’n stoet mag worden uitgestrooid.”
Ook cd&v-parlementslid Bart Dochy toonde zich bijzonder kritisch. Hij vindt dat de redenering achter het charter “de grens van het betamelijke voorbijgaat” en waarschuwt voor een hellend vlak. “Ik hoop dat we hier binnen enkele jaren niet samenzitten om vast te stellen dat het wel verplicht wordt. Het begint allemaal met goede bedoelingen, maar voor je het weet is het verplicht”, waarschuwde hij.
Dochy merkte ook op dat de administratie blijkbaar tijd op overschot heeft. “Als de administratie veel tijd heeft om daarmee bezig te zijn, zit er nog heel veel vet op de soep”, hekelde hij.
(Lees verder onder het X-bericht.)
Vrijwillig karakter
Minister Brouns pareerde de kritiek door te benadrukken dat het charter volledig vrijwillig en vrijblijvend blijft. “Zolang ik op deze stoel zit, zullen zulke zaken nooit verplicht worden”, verzekerde hij. Het gaat volgens hem om het delen van goede praktijken, “maar niet tot in het absurde”. Carnavalstoeten kunnen gewoon blijven plaatsvinden met respect voor de omgeving, benadrukt Brouns, zonder top-down opgelegde maatregelen.
De minister erkende dat lokale besturen geen boodschap hebben aan de uitgebreide rapporteringsvereisten die in het charter zijn opgenomen, waarnaar Van Looy eerder had verwezen.. “Maar denkt u nu echt dat ik dat soort dingen allemaal tot in detail ga nalezen?”, wierp hij haar voor de voeten.
Meer over regulitis