Lezers met een goed geheugen – en we hebben geen andere – herinneren zich ongetwijfeld de datum van 13 juli 1988. Toen sprak Hugo Schiltz, op dat ogenblik vice-premier en Belgisch minister van Begroting en Wetenschapsbeleid de historische woorden uit: “Leve België”.
Plaats van het gebeuren: de Nederlandse stad Groningen waar een ‘Belgische Week’ plaatsvond. Ik citeer uit Neerlandia, het tijdschrift van het ANV, het Algemeen Nederlands Verbond: “Wie het programma doorneemt, merkt dat het eigenlijk veeleer een ‘Vlaamse Week’ was: Suske en Wiske, Vlaamse volksdansgroepen, Vlaamse volkssport, Brueghelstoet, steltlopers, Bart Peeters en Goedele Liekens, vendelzwaaien,… Alle belangrijke handelsstraten ‘adopteerden’ een Belgische stad of provincie. Daarbij viel op dat, op de Ardennen na, bijna uitsluitend Vlaamse steden werden geadopteerd.
Minister Schiltz werd met groot protocol ontvangen in het Groninger Museum, waar een tentoonstelling ‘Belgische kunst’ (in feite Vlaamse schilders) liep. De minister werd op straat fel toegejuicht door Nederlandse kinderen, met Belgische vlaggetjes in de hand. Hij eindige zijn toespraak met ‘Leve Groningen, Leve België’. Later zou Schiltz me vertellen dat hij zich had laten meeslepen in het enthousiasme van de menigte. Hoe dan ook: de beelden bereikten via de BRT en nogal wat Vlamingen verslikten zich in hun koffie. Een Vlaams-nationalistisch minister en bovendien topman van de VU, die ‘Leve België’ uitroept, dat was ‘du jamais vu’, om het met een uitdrukking te zeggen die ons vandaag de dag om de oren wordt geslagen.
Griffon
Ik moest aan dat incident met Schiltz denken toen ik vorige week Theo Francken in het tv-journaal hoorde bij de persvoorstelling van de nieuwe Griffon-pantserwagens. Ik citeer Francken: “Dit heeft veel voeten in de aarde gehad. Ik ben blij dat hij er eindelijk is. Net voor de 21ste juli. Ik kan hem ook aan onze majesteit, onze sire, onze koning laten zien…” Terechte vraag van mij en veel lezers: was die halve knieval van onze majesteit, onze sire, onze koning, nu echt nodig?
Tja… en dan is Theo Francken kwaad als ‘extreemrechtsen’ hem ‘hofnar van de koning’ noemen. Die ‘extreemrechtsen’ waren daarbovenop nog zo stout om een oude tweet van Francken, daterend van 12 juli 2022, nog eens boven te halen. Lees wat Theo toen schreef: “Ik ga nooit naar 21 juli festiviteiten. Ik draag nooit een tricoloresjerp. Portretten koning/koningin verwijderd dag dat ik burgemeester werd. Grootoffiecierstitel in Leopoldsorde laten schrappen via KB. Vlaanderen Vrij.”
Brabançonne
Het moet gezegd: op 21 juli probeerde een journalist van de franstalige zender RTLinfo om zowel De Wever als Theo Francken ‘Vive la Belgique’ te laten zeggen voor de camera. Dat lukte niet. De provocatieve journalist probeerde Francken ook nog eens de Brabançonne te laten zingen, wat deze laatste weigerde.
Blijkbaar is het een traditie bij Franstalige journalisten om Vlaams-nationalistische politici uit te dagen om de Brabançonne te zingen. De weigering van Francken om voor de camera’s ‘Vive la Belgique’ te zeggen, veroorzaakte een storm van verontwaardiging in Franstalig België. Ludivine Dedonder, de PS en voormalig minister van Defensie, eiste zelfs het ontslag van Francken omwille van diens ‘schandalige’ anti-Belgische houding.
Het doel?
De N-VA-toppers kennen uiteraard ook het verhaal van Hugo Schiltz. Zij weten zeer goed hoe gevoelig ‘België’ ligt bij de achterban van hun eigen partij. En dat terwijl er een concurrent op de loer ligt, een partij die uitgesproken anti-Belgisch is. Wees er maar van overtuigd dat op het N-VA-hoofdkwartier er richtlijnen zijn besproken: ‘hoe gedraag ik mij op 21 juli’. Het is niet eenvoudig om enerzijds Vlaams-nationalist te zijn en anderzijds te moeten meedraaien in de Belgische poppenkast. ‘Het doel heiligt de middelen’, zei ene Machiavelli. De Wever heeft de middelen, maar wat is het doel? De ultieme vraag blijft: kan men wel twee heren dienen? Binnen enkele jaren kennen we het antwoord.
Hoeveel mensen kennen de tekst van den Brammason ? “Ons kat es doed, onzen hond ie mo ene poet” zong ik toen ik klein was. Ik mailde deze woorden naar de voorzitter van de Accademie vei et Leives. Hij kende het niet en moet gedacht hebben dat ik een gek was. A bas le president de l”academie vei et Leives.