Naarmate de vreugdevuren die na het vertrek van de Syrische dictator Assad doven, klinkt de vraag wie of wat in de plaats komt steeds scherper. Er kunnen de man heel veel beschuldigingen toegeworpen worden, maar feit is dat zijn vertrek richting Rusland het lange verhaal van zijn alawitische familie aan het hoofd van het land met een open einde heeft voorzien.
Dat het een drukke periode is voor Mohammed al-Jolani, de ‘rebellenleider’ die met zijn Hayat Tahrir al-Sham (HST) als een mes door de Syrische boter sneed, kan vriend noch vijand ontkennen. Zijn clubje mag dan al op menige terreurlijst pronken, op zijn eigen hoofd staat – stond? – een beloning van tien miljoen dollar. Maar zie, de man zag het licht van gematigdheid, viel in de gratie van de goegemeente en kreeg een resem diplomatieke bezoeken over de vloer. De VN-gezant, vertegenwoordigers van de EU, het Verenigd Koninkrijk, de VS; wat een drukte. En zeker in deze tijden denkt men dan aan de welgekende vreugde voor die ene bekeerling…, maar toch.
Agenda’s afstemmen
Er loopt een soort van rode draad doorheen de bewogen voorbije vijftien jaar die Syrië geteisterd hebben: zowat elke actor, van binnen of buiten de landsgrenzen, heeft geprobeerd zijn eigen agenda door te drukken. President Assad om te beginnen, maar ook Rusland, Turkije, de Koerden, het binnenlands soennitisch verzet, Iran natuurlijk, en zo kunnen we nog even doorgaan. Het is in dit prille 2025 niet anders, alleen is de grote moeilijkheid dat al deze agenda’s op deze nieuwe en vooral onzekere nieuwe realiteit afgestemd moeten worden.
Russische onderhandeling
Een driekleur die opnieuw aan de Franse ambassade wappert, levert een mooi beeld op, maar pertinenter is de vraag of Rusland erin zal slagen zijn militaire aanwezigheid van zowel marine als luchtmacht te handhaven. Onderhandelingen zijn naar verluidt aan de gang, maar hier speelt dan weer de oorlog in Oekraïne – we komen er dadelijk op terug. Teheran moest de grootste mokerslag incasseren, nog maar eens. Er doken beelden op van Iraanse hoogwaardigheidsbekleders die hun opwachting maken voor gesprekken met kopstukken van HST, een wanhoopspoging om nog iets van de meubelen te redden.
De onzekerheid over het lot van de christenen in Syrië is groot
Christenen
Een specifieke onzekerheid – uiteraard geen spek voor de bek van, laten we het simpelweg maar eens de ‘mainstreammedia’ noemen – is het lot van de christenen in Syrië. De opmars van IS zit nog vers in het geheugen. Het was een benarde periode voor de christenen in de regio, overigens niet enkel voor hen. Denk maar aan de Yezidi’s, om slechts één onfortuinlijke bevolkingsgroep te noemen. De signalen zijn gemengd op dit moment. Mohammed al-Jolani, de man die dus het licht van de gematigdheid gezien heeft, heeft beloftes gedaan. Wat IS tijdens de proloog van zijn opmars trouwens ook deed. Er zijn wat gerapporteerde incidenten, blijkbaar op conto te schrijven van Afghaanse rekruten in HST – Taliban dus -, maar de onzekerheid blijft groot.
Steun aan Syrië wordt volgens diplomatieke bronnen gekoppeld aan een vertrek van de Russen
Ondergraven soevereiniteit
Wellicht de meest pertinente vraag van het moment is welke vorm van soevereiniteit HST momenteel überhaupt kan uitoefenen? Syrië was al verdeeld en Assad had slechts de controle over een afgekalfd romp-Syrië, ook al was dat gezien de snelheid waarmee zijn troon wankelde dan nog eens pro forma. HST zou 25.000 man onder de wapens hebben, wat niet veel is voor een land als Syrië dat meer dan de helft van de oppervlakte van Duitsland bestrijkt. En dan treedt het onvermijdelijke op: iedereen grijpt terug naar zijn agenda.
Ondertussen dreigt een (nog grotere) humanitaire crisis. De levensader van Iran is er immers niet meer. Elke dag schonk Teheran 80.000 barrels olie per dag (commerciële waarde: 6,4 miljoen dollar), maar vandaag dus niet meer. Theoretisch kan Syrië dit kopen, alleen zijn daar buitenlandse deviezen voor nodig, dollars met name. De voorraad is inmiddels onder de 200 miljoen gezakt, komende van 17 miljard dollar vóór de oorlog begon. En dan komen we terug bij de Russen. Ze hebben voorraden én belangen. Het Westen heeft deviezen én belangen. Syrië steunen is een evidentie, dat spreekt. Alleen wordt dat volgens diplomatieke bronnen gekoppeld aan een vertrek van de Russen uit het land. Washington of Moskou? Het is een interessant dossier op de schrijftafel van Mohammed al-Jolani, of wie de touwtjes werkelijk in handen heeft.