Bij zijn bezoek aan de Noord-Koreaanse hoofdstad Pyongyang, ondertekende Poetin samen met Kim Jong-Un een strategisch samenwerkingsakkoord. Hierin staat vermeld dat beide staten elkaar bijstaan in geval van agressie en inmenging. Dit akkoord illustreert dan wel de goede banden tussen beide staten, toch blijft de invulling ervan nogal beperkt.
Geen advertenties meer?
Ingelogde abonnees steunen niet alleen een van de enige kritische en onafhankelijke media, maar zien ook geen vervelende advertenties. Abonneer je snel en eenvoudig en krijg meteen toegang tot vele duizenden exclusieve artikelen!
Maak hieronder je keuze voor het gewenste abonnement:
Liever ook op papier? Bekijk alle abonnementen!
Het doorlopend abonnement wordt automatisch verlengd voor steeds één maand.
Liever ook op papier? Bekijk al onze abonnementen!
Steun het vrije woord met een online abonnement van 3 maanden via een eenmalige betaling.
Liever ook op papier? Bekijk al onze abonnementen!
Steun het vrije woord met een eenmalige betaling en je zit een jaar goed.
Log hieronder in om dit bericht volledig te lezen. Ben je al ingelogd, kijk dan op je account of je nog een actief abonnement hebt.
Poetin stelde dat het formele strategisch partnerschap een clausule van wederzijdse assistentie inhoudt in geval van agressie tegen een van de staten. Verder zou de commerciële en militaire samenwerking tussen beiden toenemen, alsook het gezamenlijk verzet tegen internationale sancties. Noord-Korea levert naar verluidt munitie aan het Russische leger in Oekraïne en krijgt Russisch gas in de plaats. Dit alles in de context van een goede vriendschap.
Geen alliantie
Een belangrijke kanttekening bij een strategisch partnerschap is dat dit niet hetzelfde is als een alliantie. Er is namelijk geen verdragsbasis. Je kan wel zeggen dat je militair zal bijstaan in geval van een conflict, maar in werkelijkheid ben je hier niet toe verplicht. Een strategische partnerschap wordt bijgevolg gekenmerkt door informaliteit. Er is geen verdragsbasis, wat wederzijdse verplichtingen uitsluit.
Een ander voorbeeld hiervan is het strategische partnerschap tussen China en Rusland. Er zijn geen onderlinge veiligheidsgaranties tussen beide staten, wel een aantal vaag omschreven samenwerkingsakkoorden. China moeit zich dus niet bij dit conflict, want het is hier niet toe verplicht. Hetzelfde geldt ook voor het strategische partnerschap tussen Rusland en Noord-Korea. Poetin zal geen actieve steun leveren in het geval Kim Jong-Un een oorlog zou beginnen. Dergelijke partnerschappen zijn dus grotendeels symbolisch, een diplomatieke vorm van spierballengerol richting het Westen.








