Luchtaanvallen op kerk in Myanmar

Het Birmese leger, de Tatmadaw, heeft een baptistenkerk in de staat Chin gebombardeerd. In de staat Chin wonen voornamelijk christenen.

Na lang aanhoudende gevechten tussen het leger en lokale groeperingen, heeft de Tatmadaw in de nacht van 14 september de Johnson Memorial baptistenkerk gebombardeerd. De ramen van de kerk en het dak werden vernield, maar er zijn voor zover bekend geen slachtoffers te betreuren. Het kan wel zijn dat de Tatmadaw in de veronderstelling was dat er mensen zich schuilhielden in de kerk of wilde men de kerk als christelijk symbool vernietigen.

Er wordt al enige tijd gevochten in Chin. Vlak daarvoor had de Tatmadaw een aantal huizen in het dorpje Lungler gebombardeerd. Deze aanval zou mogelijk een vergeldingsactie zijn geweest vanwege een aanval op het kamp van de Tatmadaw door plaatselijke gewapende oppositiepartijen. Daarbij kwamen 12 soldaten van de Tatmadaw om het leven en werd het kamp in brand gestoken.

Eerder deze maand werd de Sint Johanneskerk, een rooms-katholieke kerk in het dorp Chat, door de Tatmadaw bezet en ontheiligd. Soldaten zouden toen gewijd brood hebben meegenomen, het tabernakel werd geopend en ook een aantal kasten werden geforceerd geopend. Bij een andere kerk in Chat werden Bijbels vernietigd. Momenteel zijn er meerdere rapporten over de bezetting, ontheiliging en vernieling van kerken in de staat Chin door de Tatmadaw. De christenen daar zijn veelal het doelwit omdat zij tot een etnische minderheid behoren die proberen autonomie te bemachtigen.