Financiële vrijheid

Hoe goed is het goede doel? Ngo’s kritisch doorgelicht

Thierry Debels

Ruim 16 jaar geleden verscheen het boek “Hoe goed is het goede doel?” van PAL-auteur Thierry Debels. Het werk was een kritische doorlichting van de goede doelen in ons land. De vraag is of er sindsdien veel is veranderd. Elke week lichten we daarom een ngo kritisch door.

Hoe zinvol zijn de activiteiten? Hoeveel subsidies krijgt de ngo? Wie deelt die subsidies uit – Europese, federale, Vlaamse, provinciale of gemeentelijke overheid – en hoe zien de cijfers van de ngo via de jaarrekening er concreet uit?

Overheid (u) betaalt mee

Ook de overheid is actief in de wereld van de goede doelen. Daarom zullen we ook de partnerschappen van de Belgische ontwikkelingssamenwerking, Openaid.be, Enabel (het Belgisch ontwikkelingsagentschap) en BIO (de Belgische Investeringsmaatschappij voor Ontwikkelingslanden) onderzoeken.

Bedoeling is de ngo’s kritisch door te lichten. Een pijnpunt dat in het boek “Hoe goed is het goede doel?” naar voor kwam, was immers dat ngo’s slecht nieuws verstoppen. Goede doelen melden immers liever geen slecht nieuws aan hun donateurs.

Projecten slagen altijd. Of niet?

Projecten slagen altijd: dat is het beeld dat men graag ophoudt. “Maak u geen zorgen, donateurs: al uw geld komt goed terecht, tot op de laatste cent.” Dat klopt uiteraard niet. De gulle gever laat zich een rad voor de ogen draaien met al die succesverhalen. Soms gaat het wel degelijk mis.

In 2010 nog vroeg journalist Joop Bouma in Trouw waarom goede doelen zo verkrampt en geheimzinnig over hun mislukkingen zijn? Bouma: “Het is pure angst. Angst voor reputatieschade, voor lagere inkomsten. Koudwatervrees van een bedrijfstak die nog volwassen moet worden. Maar zou maximale openheid over de mislukte projecten de geloofwaardigheid van het goede doel niet juist versterken?”

En dan is er ook nog de kans op fraude. Denk aan oneigenlijke salarisverhogingen, onterechte declaraties en illegale voorschotten. De mogelijkheden zijn vrijwel onbeperkt.

Vierde Pijler doet het beter

Gelukkig is het niet allemaal kommer en kwel. We zullen dan ook met veel plezier ook de goede voorbeelden in het zonnetje zetten. Steeds meer burgers, bedrijven, organisaties en scholen zetten immers zelf projecten van internationale solidariteit op. Deze burgerinitiatieven voor internationale solidariteit, die vanuit Vlaanderen ondernomen worden, noemt men de Vierde Pijler.

Nood aan transparantie en onderzoek

Volgens een recent rapport van PwC schetsen goede doelen vandaag nog steeds stelselmatig een te rooskleurig beeld van hun activiteiten.

“De mix tussen wat goed ging en wat minder goed ging is nog te veel onderbelicht in de jaarverslagen. In veel verslagen lijkt sprake te zijn van cherry picking.” Alleen de succesvolste projecten worden erin uitgelicht.

“Open en eerlijke communicatie is wezenlijk voor goede doelen”, aldus PwC in dat verslag. Het verklaart ook waarom de goede doelen zo boos waren toen het kritische boek over de ngo’s verscheen. En waarom PAL elke dinsdag op deze website een ngo zal doorlichten.

PAL Nieuwsbrief

schrijf je gratis in

Blijf op de hoogte met onze dagelijkse nieuwsbrief




Thierry Debels (°1968) is een Vlaams non-fictie-auteur over financiële onderwerpen en royalty watcher. Hij is master bedrijfseconomie gespecialiseerd in financiële economie. Hij publiceerde talrijke boeken over het koningshuis en won in 2016 een rechtszaak tegen Vredeseilanden over zijn boek 'Hoe goed is het goede doel'.

3 gedachten over “Hoe goed is het goede doel? Ngo’s kritisch doorgelicht”

  1. Ik zou de ngo’s willen vragen wat zij doen in Afrika. Met stamcultuur die democratie onmogelijk maakt, afwezigheid van schoolcultuur die ontwikkeling tegengaat, afwezigheid van arbeidsethiek die bedrijven afstoot, corruptie die welvaartscreatie vernielt, aanwezigheid van opportunisme, criminaliteit en godsdienstig extremisme. En met een bevolkingsexplosie die het continent naar de diepte sleurt, terwijl het weinige dat overschiet wordt gestolen door lokale potentaten.

  2. Dat is een Afrikaans probleem, dus hun probleem en niet het onze ! Waarom zou ons Fort Europa zich daar om moeten bekommeren ? Immers, zouden wij al niet meer dan genoeg kommer en kwel aan onze eigen Europese problemen hebben die absoluut met volstrekte prioriteit dienen opgelost te worden ? Dat ieder “voor zijn eigen deur keert” dus wij voor onze Europese en Afrikanen voor hun eigen Afrikaanse deur. Ieder volk dient zijn eigen initiatief te nemen om de eigen problemen op te lossen ! Handen uit de mouwen en niet speculeren op enige hulp vanwege bewoners van om het even welk ander continent.

Plaats een reactie

Delen