De Turkse president Recep Tayyip Erdogan verklaarde 10 buitenlandse ambassadeurs tot ‘persona non grata’. Zij hadden onlangs opgeroepen tot vrijlating van Osman Kavala. Die zit al sinds 2017 in gevangenschap zonder gerechtelijke veroordeling of een misdrijf dat hem ten laste ligt.
Volgens de Turkse president is de oproep van de ambassadeurs tot de vrijlating van Kavala, een uiting van “onbeschaamdheid“. Hij liet weten dat zijn minister van Buitenlandse Zaken de procedure heeft opgestart om de 10 als ‘persona non grata‘ te verklaren. “Als ze Turkije weigeren te kennen of niet willen begrijpen, moeten ze vertrekken”, zo voegt hij eraan toe.
Een persona non grata-verklaring resulteert in het verbod om te verblijven in het gastland waar men actief is. Onder de 10 diplomaten bevinden zich ambassadeurs uit Nederland, Denemarken, Noorwegen, Zweden, Finland en Canada. Vrijdag werden ze allen al ontbonden door het Turks ministerie.
Antiregeringsprotesten uit 2013
De centrale figuur in de diplomatieke rel is Osman Kavala. Kavala zit al sinds 2017 opgesloten, zonder enige vorm van proces die vooraf ging. Hij wordt volgens de Turkse autoriteiten in verband gebracht met de hevige burgerprotesten uit 2013 en de mislukte couppoging in 2016.
Tal van internationale organisatie en mensenrechtengroeperingen beweren dat de aanhouding en opsluiting van Kavala louter gebaseerd is op politieke gronden, zonder enig bewijs. In 2019 riep het Europees Hof voor de Rechten van de Mens nogmaals op tot een vrijlating. De Europese Raad wil eind november van dit jaar een nieuwe procedure tegen Turkije starten.
Ankara ontkent intussen alle beschuldigingen en wijst op de onafhankelijkheid van de Turkse rechtspraak.
