Over de Central Intelligence Agency (CIA) doen een pak cliché’s de ronde. Als Amerikaanse buitenlandse inlichtingendienst wordt ze een enorme macht over de wereldpolitiek toegedicht, zoals bijvoorbeeld geheime agenten die met de meest geavanceerde technologische hulpmiddelen op het nippertje een kernramp weten te vermijden of een gevaarlijke dictator weten te ‘neutraliseren’. De realiteit is dat ook deze organisatie onderhevig is aan (vriendjes)politiek en menselijke fouten.
Tim Weiner is als journalist al een tijdje gepensioneerd. Zo werkte hij als buitenlands correspondent voor de Amerikaanse krant The New York Times en als redacteur nationale veiligheid in Washington. Niet verwonderlijk dat hij al enkele boeken over de FBI (binnenlandse veiligheidsdienst) en de CIA op zijn actief heeft.
Neoconservatieve invloed
Het boek neemt een start met de aanval op de WTC-torens in New York op 11 september 2001. Politicologen zoeken tussen het gebouwenpuin naar de resten van de uitgespatte globalistische droom, terwijl CIA-agenten de sporen van Al-Qaida trachten te achterhalen. Snel zouden deze naar het Afghaanse gebergte wijzen.
Het wordt een oefening improvisatie in contraterreur, want men dient quasi van nul terug een inlichtingennetwerk uit te bouwen. Terzelfdertijd speelt de Pakistaanse geheime dienst ISI een perfide spel door zowel de Verenigde Staten als de Afghaanse islamfundamentalisten van de Taliban te paaien.
De Amerikanen maken echter een dubbele fout, aldus Weiner. Enerzijds tillen ze een corrupte prins als Karzai op het presidentiële schild. Anderzijds spendeert het Witte Huis te weinig middelen om het land te ontdoen van haar kwalijke politieke geschiedenis.
Voor het waarom heeft de auteur zijn antwoord klaar. De neoconservatieve kring rond president George Bush jr. is zo zelfverzekerd dat de val van Taliban Afghanistan in de kring van democratische landen zou brengen. Daarnaast zijn slechte adviseurs als Paul Wolfowitz en de minister van Defensie Donald Rumsfeld er als de kippen bij om de aandacht af te leiden naar Tweestromenland.
Boeman Saddam Hoessein
De Iraakse dictator wordt zowel beschuldigd van banden met Al-Qaida als het bezit van massavernietigingswapens. Kwalijk en pijnlijk is de manier waarop CIA bewijslast ‘fabriceert’ om de broodheren in Washington ter wille te zijn. De ontbinding van Saddams Baath-partij opende de weg naar IS, religieuze twisten en een heus wespennest voor leger en CIA. Een gebrek aan lokale kennis en moed om de politiek tegen te spreken, hebben van Irak eerder een slechtere dan een betere plek op aarde gemaakt.
Onder Obama zien we weinig beterschap. De CIA-top wordt met ideologisch gelijkgezinden bemand. En onder meer in Egypte slaat de Arabische Lente een deuk in het vertrouwen dat bondgenoten koesterden in de VS. Islamitische partijen vullen al dan niet met geweld het politieke vacuüm. Opnieuw blijkt de naïeve hoop op democratie een slechte raadgever.
Sloeg de CIA dan enkel een modderfiguur de voorbije decennia? Een belangrijke uitzondering op die regel is de zorgvuldig voorbereide moord op Osama Bin Laden, het brein achter de aanslagen van 11 september 2001. Voor de filmliefhebbers: ‘Zero Dark Thirty’ om de actie te herbeleven.
Aversie voor Trump
Het is opvallend hoe de CIA en de FBI in de 21ste eeuw een verlengstuk van de politiek zijn. Ik heb me geërgerd aan de soms ongefundeerde uitlatingen van getuigen in het boek over president Trump. Zo wordt hij ‘fascist’ genoemd en zou hij het Russische politieke model willen kopiëren. Het strafst is de auteur in de inleiding waar hij de Amerikaanse president “het duidelijkste gevaar voor de nationale veiligheid van de Verenigde Staten sinds het begin van deze eeuw” noemt. Omwille van de succesvolle aanval op de Iraanse kerninstallaties? Of zijn inspanningen om de illegale immigratie en criminaliteit aan te pakken? Of de succesvolle bemiddeling in verscheidene militaire conflicten?
Verder zijn er ook mijns inziens te veel gebeurtenissen ‘vergeten’. De dramatische beslissing van Obama in Syrië om fundamentalisten te bewapenen. Of de aanval op de Amerikaanse ambassade in Libië waar Hillary Clinton een kwalijke rol speelde. Samenvattend, moeilijk om het boek vanaf 2016 ernstig te nemen. Daarvoor dient de auteur zich eerst over zijn persoonlijke aversie tegenover Donald Trump heen te zetten.
Tim Weiner, ‘De missie – De CIA in de eenentwintigste eeuw’. 2025, De Bezige Bij. 34,99 euro, 496 p. ISBN 9789403136837
Meer boekrecensies







