(Belga)

(Belga)

Uncategorized

John Croughs: “Slinkt de almacht van de journalistieke klasse echt zo snel?”

John Croughs

John Croughs is papa van twee en schrijft geëngageerd over alles wat de samenleving vorm geeft. In deze vrije tribune zoekt hij een verklaring voor het feit dat de klassieke media zo’n grote impact blijven hebben op de politiek, terwijl de meningen van de nieuwsredacties al lang niet meer overeen lijken te komen met die van de brede bevolking.

Al enkele jaren zeggen we dat de journalistiek aan macht inboet. Dat de vierde mediamacht haar monopolie op informatieverspreiding kwijtraakt ten voordele van sociale media en internet waar burgers vrij informatie kunnen opzoeken, analyseren, becommentariëren en delen.

In se wordt de invloed van de journalistieke media op het wereldbeeld van het volk verzwakt door datzelfde volk dat zélf zijn beeld op de wereld wil en kan vormen. Een democratische evolutie dus.

Maar is dat ook zo? Slinkt de almacht van de journalistieke klasse echt zo snel?
Ik heb alleszins niet die indruk. Het klopt zeker dat burgers zich buiten het mainstream nieuwsaanbod informeren over werkelijk alles. Het volk leest en verspreidt nieuws en opinies als was het één grote redactie.

Voor of tegen

Op mondiaal niveau leidt dat op sommige plaatsen meer dan op andere tot een democratisering van opinie met effectieve output in termen van macht. Denk maar aan de Verenigde Staten waar Trump, ondanks de massale tegenkanting van mainstream media, president is kunnen worden.

We kunnen wellicht aannemen dat sociale media hier, samen met tal van andere factoren, een belangrijke rol in hebben gespeeld.

De Verenigde Staten zijn weliswaar een atypisch voorbeeld omdat de politieke macht er uit slechts twee kampen bestaat. Dat maakt het veel moeilijker voor de Amerikaanse pers om haar macht telkenmale ten volle in eigen voordeel aan te wenden. Het gebruiken of misbruiken van haar machtspositie kan in zo’n twee-kampen-context zelfs makkelijk leiden tot het omgekeerde effect.

In deze setting is het vooral zaak om verdeeldheid te zaaien binnen de kampen. Daar slagen CNN en collega’s vaak wel in, waardoor het beleid stroef verloopt en de volgende verkiezingen een andere wending kunnen nemen.

Verdeel en heers

In België daarentegen, net als in heel wat West-Europese landen, hebben sociale media veel minder invloed op de werkelijke macht. Met zovele actoren die het debat en dus het beleid bepalen, heeft de journalistiek de touwtjes nog steeds stevig in handen. Een enorm breed gamma aan politieke partijen, maatschappelijke organisaties, instituten, wetenschappers en opiniemakers biedt de media de mogelijkheid om haar geliefkoosde tactiek van verdeel en heers toe te passen.

En dat doet de gesubsidieerde pers heel slim. Zij vereenvoudigt het brede debat tot een simpele links-rechts-polarisatie. Hetgeen in de VS zorgt voor een verlies aan invloed, zorgt in de meeste democratische landen juist tot het machtsbehoud van de reguliere media binnen een steeds vrijere informatie-samenleving.

Hoe meer actoren, hoe meer de nuances een rol spelen en hoe saaier het debat wordt. Die nuances kunnen burgers makkelijk raadplegen en delen via tal van andere kanalen. De rol van mainstream media wordt desgevallend irrelevanter.

Maar door de actoren te verdelen in kampen, zorgt de media ervoor dat diezelfde actoren zich steeds opnieuw willen verantwoorden, profileren en hun tegenstanders bekritiseren.

Door deze polarisatie te creëren en te voeden, houdt de vierde macht het debat in eigen beheer als organisator, moderator én jury.

De asociale media

De klassieke media hebben zelfs een aanzienlijke invloed op de sociale media.
Bedrijven als Twitter en Facebook passen hun gebruiksrichtlijnen aan en treden almaar vaker en strenger op als moderator. Dit gebeurt niet onder invloed van de gebruikers die bepaald gebruiksgedrag van anderen al dan niet appreciëren. De reden waarom de sociale mediagiganten ingrijpen in de debatten op hun eigen fora is om hun imago in de traditionele media te verzorgen.

Twitter telt geen gebruiker minder nadat Trump of Theo Francken een tweet op het randje hebben gepost. Integendeel waarschijnlijk. Hoe heviger het debat, hoe massaler voor- en tegenstanders zich registreren om eraan te kunnen deelnemen. Toch voert Twitter een censuurbeleid onder invloed van de klassieke media  die aan de lopende band voor hen ‘verkeerde’ tweets verontwaardigd en verwijtend becommentariëren.

Omgekeerd komt dat verschijnsel zelden of niet voor. Op sociale media buldert het van kritiek op zowel de inhoud als de vorm van klassieke journalistiek. Maar dit zorgt niet voor een aanpassing. Wel integendeel.

De truc met de wortel

Sociale media hebben in intellectuele kringen geen hoog aanzien. Vooral Twitter wordt er nochtans gretig gebruikt, maar het summum van intellectuele erkenning bevindt zich nog steeds voor de volle honderd procent in de schoot van klassieke media-aandacht. Een tweet sturen naar meer dan honderdduizend volgers verbleekt bij een eigen column ergens in het midden van een overvolle  ‘kwaliteitskrant’ met slechts vijftigduizend abonnees. Nog maar te zwijgen over een plaatsje aan tafel van een duidingsprogramma zoals De Afspraak.

Die gegeerde media-aandacht is duur. Peperduur! Maar de wortel van de intellectuele roem smaakt zo zoet dat elk zichzelf respecterende opiniemaker of expert het nodige doet om er even aan te mogen knabbelen. Concreet betekent dit dat men zich tot op zekere hoogte dient te confirmeren met de wijze waarop een redactie denkt en handelt. De boodschap is om niet te hard in te gaan tegen deze denk- en doe-wijze en al zeker niet om ze (te sterk) te bekritiseren. Doet men dat niet, dan is het weg met de wortel en mag de intellectueel spruitjes gaan vreten op Twitter!

Ongelijke wapens

Sinds de jaren zestig zijn de klassieke media van a tot z progressieve bastions geworden. Net zoals andere instituten van maatschappelijk belang, zoals het onderwijs.

De maatschappij is ondertussen geëvolueerd en de progressieve meerderheid is een minderheid geworden. Conservatisme, liberalisme en rationalisme zijn onder de burgers al decennialang de heersende stromingen.
Maar de instituten zijn dezelfde ideologische bastions van destijds gebleven. Vaak nog activistischer juist omwille van de veranderende samenleving en denkwereld van burgers.

Met het gevolg dat het democratische gewicht in vele West-Europese streken nauwelijks in beleid wordt omgezet. Moeilijke debatten waaruit beleidskeuzes volgen nemen pas plaats wanneer de media er klaar voor zijn. Meestal lang na het bereiken van een democratisch draagvlak bij de bevolking. Denk maar aan kernenergie. Het rechts-ideologische denken mag dan wel in de meerderheid zijn, de progressieve minderheid heeft een krachtiger wapen. Een ongelijke strijd!

De macht van de vierde macht

Voorgaande zaken gaan over actualiteit en opinie. Hoewel de klassieke media daar een dominerende rol in vervullen, lijkt het dat de meerderheid van het volk zich daar niet erg door laat beïnvloeden. De belangrijkste graadmeter die deze stelling bewijst is de verkiezingen die keer op keer aantonen dat burgers een beleidskeuze maken die niet in lijn ligt met de dagdagelijkse sfeerschepping door de pers.

Desondanks plooit zelfs de democratie voor de vierde almacht. Zoals reeds eerder aangehaald kan de journalistiek teren op het verdelen van en heersen over de politieke strijd. In Vlaanderen kan dit zeer makkelijk aangetoond worden met zowel N-VA als Vlaams Belang. Beiden haalden al vaker klinkende overwinningen waarbij zij niet alleen enorm groeiden, maar ook veruit de grootste Vlaamse of federale partij werden.

Door zich verenigd, massaal en continu moreel uit te spreken tegen de respectievelijke partijen, hun ideeën of hun leden, voorkomt of bemoeilijkt de verzamelde journalistiek een coalitie, ergo machtsdeelname. Gebeurt dat toch worden de coalitiegenoten één voor één op de hete redactieroosters gelegd. Resultaat: ofwel kent de coalitie een kort bestaan, ofwel schikt de gedemoniseerde partij zich naar het gewenste morele kader. N-VA is hiervan het perfecte voorbeeld. De ooit zo zelfzekere partij durft met moeite kijken naar het Vlaams Belang uit schrik voor de onverbiddelijke pennenrechters.

Complotonzin

Tot slot wil ik benadrukken dat ik niet geloof in complotten. De mainstream media houden niet wekelijks een geheime vergadering waarin ze een gezamenlijke strategie bepalen om hun macht te doen gelden.

Het is integendeel een organisch, spontaan en soms impulsief gebeuren dat op redactioneel niveau enkel maar kan plaatsvinden omwille van de onevenwichtige politiek-ideologische verdeling onder het journalistenkorps.

Dat onevenwicht is zo frappant waardoor een gezonde deontologische code in de praktijk niet werkt en slechts een vodje papier is.

De klassieke pers en bij uitbreiding de gehele journalistiek moet, bij gebrek aan een superviserend orgaan, opnieuw herdacht en opgebouwd worden.

PAL Nieuwsbrief

schrijf je gratis in

Blijf op de hoogte met onze dagelijkse nieuwsbrief




De maatschappij en de evoluties in die maatschappij, dat houdt John Croughs bezig. Op PAL NWS kan je deze opiniemaker regelmatig van zijn scherpste kant lezen.

10 gedachten over “John Croughs: “Slinkt de almacht van de journalistieke klasse echt zo snel?””

  1. Er zijn maar twee redenen waarom in Vlaanderen nog kranten verkocht worden: De Standaard en De Tijd om sjiek en intellectueel te lijken en de rest vanwege het sportkatheder (de énige plaats waar misschien nog echte journalisten zitten).

  2. Op schaal van Vlaanderen valt hieruit zeker te onthouden dat BDW zich van tegenstrever vergist.
    Het geld van de federale staat en de lakeienrol van de MSM zijn communicerende vaten en de geldstroom kan maar ophouden als de vaten droog komen te staan.

Plaats een reactie

Delen